Een verslag van de aanloop naar en de reis door West-Canada

maandag 20 september 2010

Maandag 20 september 2010

Maandag, 20 september 

Vandaag rijden we naar Banff, aan de voet van de Rocky Mountains, bijna 200 km.

We ‘verslapen’ ons min of meer en worden pas tegen half 9 wakker. Komt zeker door die geweldige hotspring…
Aangezien we niet zo ver hoeven te rijden, maken we maar geen haast en ontbijten rustig in het hotel. Ik maak nog een foto van de hotspring, want die damp is toch wel bijzonder om te zien.

Om half 11 checken we uit en gaan op weg naar Banff. Het weer ziet er redelijk uit, bewolking met blauwe stukken. De receptioniste waarschuwt ons wel dat het in Banff koud is. We kunnen het ons nu even niet voorstellen. 


De weg heeft brede bermen zodat je eventueel wild met oversteekplannen op tijd kunt zien. Er zijn borden voor herten, elks, beren en elanden. Maar al wat we zien is hier en daar een groepje herten.
We naderen Kootenays National Park en kopen een ticket voor 4 dagen, want het is ook geldig voor Banff National Park. We passeren de grens tussen British Columbia en Alberta, country of the wild roses.


Plotseling maken de groene sparren plaats voor zwartgeblakerde stammen. Een blikseminslag in 1968 veroorzaakte een enorme bosbrand en ook in 2004 had het gebied te lijden onder bosbranden. De schade was enorm en we rijden kilometers lang langs de zwarte stammen. Daar tussendoor zie je dat de natuur zich herstelt.            
Vooral de loofbomen leven op en het is een apart gezicht om een goudgekleurde berk tussen de zwarte sparren te zien staan.
We maken een stop bij Olive Lake. Een mooi meertje in het bos met een bijzondere kleur. De wandeling er naar toe is kort, maar prachtig en dwars door het bos.

Het goede weer maakt plaats voor wolken en een miezerige regen. We stoppen bij het info-centrum van Vermillion Crossing. Ruim opgezet en er wordt op het grasveld een vuurtje gestookt. Uit de automaat komt in plaats van cappuccino hot chocolat, maar dat is ook lekker. De kranen werken hier ook niet overal dezelfde kant op, dus we staan nergens meer van te kijken.  
Niet al te ver na Vermillion Crossing verschijnt het bordje Paint Pots. Die wil ik heel graag zien.
Onder de bomen lijkt het niet hard te regenen, maar lopend over de open vlakte van de orchids (niet te zien, verkeerde seizoen) en over de hangbrug worden we toch akelig nat. Maar we wandelen rustig verder en we zijn niet de enigen, zo af en toe komen we een ander echtpaar tegen. Eindelijk verschijnen de grote ronde gaten, gevuld met okerkleurige leem. Vroeger beschilderden de indianen zich met deze leem en met wat (nou ja, veel) fantasie zie je ze knielen om de leem te bereiken. Deze okerkleurige leem is alleen op deze plek aanwezig. 
We gaan terug naar de auto en omdat het nu hard regent komen we daar aan als verzopen katten. Jassen uit, kachel aan en weer verder naar Banff.  

We arriveren om half 3 bij Brewsters Mountain Lodge, maar we kunnen al inchecken. We blijven hier 2 nachten.  Banff blijkt een heel leuk plaatsje met enorm veel winkeltjes en leuke huisjes. En het is er inderdaad koud en nat. Tot ontzetting van René loop ik rond in een Agu regenjas die ooit van zijn moeder is geweest. Prima voor in Nederland op de fiets, maar hier val ik enigszins uit de toon. Maar mijn herfstjas is kletsnat en verder heb ik niets wat de regen tegenhoudt. Daarom in een van die leuke winkeltjes een lekker warm fleecevest en een regenjack gekocht. Een hele verbetering.  


De lunch is er bij ingeschoten en voor het diner is het te vroeg. We komen terecht in een hele luxe McDonald. Het is er zowaar gezellig, ruim en schoon. We eten kipnuggets en friet. Onderweg kopen we nog wat muffins als avondeten. Soms moet een mens een beetje flexibel zijn wat eten betreft. Morgen zullen we wel weer verantwoord eten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten